Jesaja 41:10
Vrees niet, want Ik ben met u; zijt niet verbaasd, want Ik ben uw God; Ik sterk u, ook help Ik u, ook ondersteun Ik u met de rechterhand Mijner gerechtigheid.
Vrees niet, want Ik ben met u; zijt niet verbaasd, want Ik ben uw God; Ik sterk u, ook help Ik u, ook ondersteun Ik u met de rechterhand Mijner gerechtigheid.
Daarom neemt aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt wederstaan in den bozen dag, en alles verricht hebbende, staande blijven.
De HEERE nu is Degene, Die voor uw aangezicht gaat; Die zal met u zijn; Hij zal u niet begeven, noch u verlaten; vrees niet, en ontzet u niet.
Mijn verspieders zoeken mij den gansen dag op te slokken; want ik heb veel bestrijders, o Allerhoogste!
Heb Ik het u niet bevolen? wees sterk en heb goeden moed, en verschrik niet, en ontzet u niet; want de HEERE, uw God, is met u alom, waar gij heengaat.
Een lied op Alamoth, voor den opperzangmeester, onder de kinderen van Korach.
De HEERE is goed, Hij is ter sterkte in den dag der benauwdheid, en Hij kent hen, die op Hem betrouwen.
Vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u; niet gelijkerwijs de wereld hem geeft, geef Ik hem u. Uw hart worde niet ontroerd en zij niet versaagd.
Deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat gij in Mij vrede hebt. In de wereld zult gij verdrukking hebben, maar hebt goeden moed, Ik heb de wereld overwonnen.
Daarom vermaant elkander, en sticht de een den anderen, gelijk gij ook doet.
Vertrouw op den HEERE met uw ganse hart, en steun op uw verstand niet.
Het is een bevestigd voornemen, Gij zult allerlei vrede bewaren, want men heeft op U vertrouwd.
Want Ik weet de gedachten, die Ik over u denk, spreekt de HEERE, gedachten des vredes, en niet des kwaads, dat Ik u geve het einde en de verwachting.
Met een doodsteek in mijn beenderen honen mij mijn wederpartijders, als zij den gansen dag tot mij zeggen: Waar is uw God? (Psalms 42:12) Wat buigt gij u neder, o mijn ziel! en wat zijt gij onrustig in mij? Hoop op God, want ik zal Hem nog loven; Hij is de menigvuldige Verlossing mijns aangezichts, en mijn God.
De HEERE zal u bewaren van alle kwaad; uw ziel zal Hij bewaren.
Maar ik zal uitzien naar den HEERE, ik zal wachten op de God mijns heils; mijn God zal mij horen.