Psalmen 132

Here, denk toch aan alle moeite die David heeft

18 verzen

Psalmen 132:1

Here, denk toch aan alle moeite die David heeft

Een lied Hammaaloth. O HEERE! gedenk aan David, aan al zijn lijden;

Psalmen 132:2

Dat hij den HEERE gezworen heeft, den Machtige Jakobs gelofte gedaan heeft, zeggende:

Psalmen 132:3

Zo ik in de tent mijns huizes inga, zo ik op de koets van mijn bed klimme!

Psalmen 132:4

Zo ik mijn ogen slaap geve, mijn oogleden sluimering;

Psalmen 132:5

Totdat ik voor den HEERE een plaats gevonden zal hebben, woningen voor den Machtige Jakobs!

Psalmen 132:6

Ziet, wij hebben van haar gehoord in Efratha; wij hebben haar gevonden in de velden van Jaar.

Psalmen 132:7

Wij zullen in Zijn woningen ingaan, wij zullen ons nederbuigen voor de voetbank Zijner voeten.

Psalmen 132:8

Sta op, HEERE! tot Uw rust, Gij en de ark Uwer sterkte!

Psalmen 132:9

Dat Uw priesters bekleed worden met gerechtigheid, en dat Uw gunstgenoten juichen.

Psalmen 132:10

Weer het aangezicht Uws Gezalfden niet af, om Davids, Uws knechts wil.

Psalmen 132:11

De HEERE heeft David de waarheid gezworen, waarvan Hij niet wijken zal, zeggende: Van de vrucht uws buiks zal Ik op uw troon zetten.

Psalmen 132:12

Indien uw zonen Mijn verbond zullen houden, en Mijn getuigenissen, die Ik hun leren zal; zo zullen ook hun zonen tot in eeuwigheid op uw troon zitten.

Psalmen 132:13

Want de HEERE heeft Sion verkoren, Hij heeft het begeerd tot Zijn woonplaats, zeggende:

Psalmen 132:14

Dit is Mijn rust tot in eeuwigheid, hier zal Ik wonen, want Ik heb ze begeerd.

Psalmen 132:15

Ik zal haar kost rijkelijk zegenen, haar nooddruftigen zal Ik met brood verzadigen.

Psalmen 132:16

En haar priesters zal Ik met heil bekleden, en haar gunstgenoten zullen zeer juichen.

Psalmen 132:17

Daar zal Ik David een hoorn doen uitspruiten; Ik heb voor Mijn Gezalfde een lamp toegericht.

Psalmen 132:18

Ik zal zijn vijanden met schaamte bekleden; maar op hem zal zijn kroon bloeien.

Psalmen 133