20 populairste bijbelverzen

Johannes 3:16

Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.

Jeremia 29:11

Want Ik weet de gedachten, die Ik over u denk, spreekt de HEERE, gedachten des vredes, en niet des kwaads, dat Ik u geve het einde en de verwachting.

Filippenzen 4:13

Ik vermag alle dingen door Christus, Die mij kracht geeft.

Romeinen 8:28

En wij weten, dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede, namelijk dengenen, die naar Zijn voornemen geroepen zijn.

Filippenzen 4:6

Weest in geen ding bezorgd; maar laat uw begeerten in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God;

Spreuken 3:5

Vertrouw op den HEERE met uw ganse hart, en steun op uw verstand niet.

Psalmen 23:4

Al ging ik ook in een dal der schaduw des doods, ik zou geen kwaad vrezen, want Gij zijt met mij; Uw stok en Uw staf, die vertroosten mij

Romeinen 12:2

En wordt dezer wereld niet gelijkvormig; maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, opdat gij moogt beproeven, welke de goede, en welbehagelijke en volmaakte wil van God zij.

Spreuken 3:6

Ken Hem in al uw wegen, en Hij zal uw paden recht maken.

Filippenzen 4:7

En de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw harten en uw zinnen bewaren in Christus Jezus.

Romeinen 3:23

Want zij hebben allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods;

Johannes 14:16

En Ik zal den Vader bidden, en Hij zal u een anderen Trooster geven, opdat Hij bij u blijve in der eeuwigheid;

Romeinen 6:23

Want de bezoldiging der zonde is de dood, maar de genadegift Gods is het eeuwige leven, door Jezus Christus, onzen Heere.

Handelingen 18:10

Want Ik ben met u, en niemand zal de hand aan u leggen om u kwaad te doen; want Ik heb veel volks in deze stad.

Mattheüs 6:33

Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u toegeworpen worden.

1 Corinthiërs 13:4

De liefde is lankmoedig, zij is goedertieren; de liefde is niet afgunstig; de liefde handelt niet lichtvaardiglijk, zij is niet opgeblazen;

Jozua 1:9

Heb Ik het u niet bevolen? wees sterk en heb goeden moed, en verschrik niet, en ontzet u niet; want de HEERE, uw God, is met u alom, waar gij heengaat.

Numberi 6:24

De HEERE zegene u, en behoede u!

2 Corinthiërs 5:7

(Want wij wandelen door geloof en niet door aanschouwen.)

Handelingen 16:31

En zij zeiden: Geloof in den Heere Jezus Christus, en gij zult zalig worden, gij en uw huis.